Paul Virilio: Het horizon-negatief
Oorspronkelijke titel L'horizon négatif, essai de dromoscopie
Éditions Galiliée, Parijs 1984
Nederlandse vertaling
Uitgeverij Duizend & Een, Amsterdam, 1989
vertalers Arjen Mulder en Patrice Riemens
motto
'Dromologie komt van dromos, het lopen, de snelheid, de weg. Het houdt zich bezig met de logica van de loop. Daarmee ben ik binnengetreden in een wereld waarin snelheid in plaats van rijkdom de maat der dingen is.'
Je wordt meegevoerd
Wie in dit boek begint wordt meegevoerd, je kunt niet anders dit boek lezen dan min of meer gekluisterd aan de taal, je vraagt je niet meer af of het nog logisch is, je vraagt je niet meer af wat je eigenlijk zit te lezen, of het nog wel klopt wat er staat. Het is geen kwestie van kloppen of niet kloppen, het is het associatieve denken en schrijven van iemand die enorm veel feitenmateriaal tot zijn beschikking heeft - wat een eruditie dacht ik geregeld - en dit als het ware in een vaart verwerkt in zijn taal. Als je van het boek opkijkt, kom je uit een andere wereld. Wat ik lees ervaar ik als kloppend, anders had ik het boek uiteraard terzijde gelegd. Ik ga niet mij mee laten voeren in een boek dat geheel bezijden de werkelijkheid is. Mijn aanleiding om aan dit boek te zijn begonnen is juist:
hoe duid ik de industrialisatie
die boer en bakker (mijn onderwerpen) geheel in de greep heeft gekregen de laatste honderdvijftig jaar. Maar ook: hoe duid ik dit totale verschil tussen mijn kindertijd (geboren in 1952, geen telefoon, geen auto) en de tijd waarin ik mij nu bevind (anno 2021, computerscherm, vaste telefoon is alweer ouderwets, autorijden zonder tomtom kan al bijna geen mens meer enzovoort). Bij Virilio ben ik aan het goede adres. Hij loodst mij door de mensenhistorie middels het begrip 'snelheid'. Via het schrijven van de leeservaring over 'De stille heersters van het graan' en via Michael Polman en Patrice Riemens kwam ik bij Virilio terecht.
Virilio heeft geleefd van 1932 tot 2018.
Hier zie je een foto van hem en een in-memoriam. Klik even met de rechtermuisknop op 'Vertalen in het Nederlands' als je dat liever leest dan Engels.
Nu het boek: Het horizon-negatief
In de inleiding lezen we over de jonge Paul Virilio die schildert, die kijkt, die wacht op wat uit de diepte kan opduiken, naamloos, op wat niet de geringste belangstelling vermag te verwekken....
Van een gerichtheid op het waardeloze object - een zoutvaatje bijvoorbeeld, zoals we lazen - ben ik geschoven naar het 'ernaast', naar wat er helemaal naast zit....
Het was alsof een onbekende vegetatie om mij opschoot....
We nemen volmaakt de cirkel waar, de bol, de kubus of het vierkant, maar we onderkennen oneindig minder goed de tussenruimtes, de intervallen tussen de dingen, tussen de mensen....
Maar ik, ik bevond me plotseling midden in een verrijkte ruimte, het gevoel in de woestijn te zitten was verdwenen. Voortaan kon ik naar believen, zodra ik mijn ogen opende, ofwel de hedendaagse productie van vormen bekijken, ofwel, als ik dat wilde, ernaast, net ernaast, de rijkdom van de antivormen beschouwen.....
De vormen van de transparantie konden niet uit zichzelf in stand blijven, ze keerden naar het tweede plan terug zodra de aandacht van de waarnemer even verslapt....
Poëtisch proza,
Hij gaat de wereld op de kop bekijken, gaat na of hij nog steeds kan leven: met op de eerste plaats het niet-zijn, de transparatie en diens figuren, en op het tweede plan de stoffen, de objecten, die dan de ondergrond waren en niet meer de vorm?..
Mijn tekeningen en mijn schilderijen waren vooral oefeningen om de tussenruimtes van de waarneming te ondervragen, waarnemen was voor mij niet langer een zaak die ik voor waar aan nam.
Deel een
Metempsychose van de passagier.
Mannen (en vrouwen, ib) komen ter wereld door een vrouw, zij is het eerste 'transportmiddel' (aanhalingstekens ib). Het tweede wordt het rijdier (we zijn inmiddels al gedomesticeerde wezens). Ruiterij, paard en wagen en hiermee de noodzaak van een infrastructuur. Zo wordt in Mesopotamië de weg uitgevonden. In de negentiende eeuw stappen we van het paard af en stappen we de trein in.
Door reeksen verplaatsingen en verschuivingen te maken, spelen we verstoppertje met ons eigen lichaam en noemen dat: comfort, steun, welzijn.... Om ons dierlijk lichaam minder te voelen bewegen we ons onophoudelijk (mobiliteit), om de uitgestrektheid van het territoriale lichaam te vergeten reizen we, snel en heftig.
Als we niet eerst naar deze eerste jagers-fokkers, zeelieden, wagenmenners kijken, begrijpen we niet dat hier de accumulatie van energie en snelheid begonnen is, heeft plaatsgevonden. Deze accumulatie is onontbeerlijk voor de kapitalisatie van goederen en rijkdommen.
Auto: het verlangen naar een metalen lichaam, gekoesterd door de passagier die ingesloten zit in de cabine van zijn auto, herhaalt de eerste paring.
Het materialistische Westen lijkt met de revolutie van de verkeersmiddelen zijn metempsychose - = zielsverhuizing - in het hier en nu van de lichamen te hebben geplaatst, zonder de zielsverhuizingen van geboorte of dood af te wachten versnelt de bewegingsindustrie de overgangen van hier naar daar, van de een naar de ander....
Het grote voertuig
Eerst heeft het rijdier zowel ons lichaam als het territorium relatief gemaakt, het is niet meer wat het was, de snelheid van het rijdier maakt hem/haar geleidelijk los van lichaam en plaats. Daarbij ben je van de aarde los, een paard is een 'bruglichaam'. Het is ook het begin van de 'desocialisatie', het veroorzaakt de vluchtige aanwezigheid van de ander, de lichamelijke aanwezigheid van de naaste zal aan realiteit inboeten, hij of zij die vroeger nog bij de buurtgemeenschap hoorde die je dagelijks zag, herkende, kende, wordt passant, passagier. (kan ook heel prettig zijn, ib). Trein, auto, snelweg. Ze zijn geraffineerde domesticatie; we worden onbeweeglijk, we raken ingeklemd in meubels en opgesloten in onroerende goederen. Snelweg is geen verbindingsweg maar concentratiekamp van de snelheid. Toename van voertuigen en toenemende snelheid bereiden in werkelijkheid het beheer van de tijd voor, zie de tijdsduur in de spooorwegboekjes. (Trein is afgeleid van artillerietrein). Invasie grondvest het recht: wie er door komt neemt het in bezit. Bewapenings'wedloop'. Tussen 1820 en 1830 opent men de eerst reguliere spoorlijnen. In de Amerikaanse Burgeroorlog wordt in 1861 strategisch gebruik gemaakt van de trein, Engeland rust zich in 1865 uit met het 'stafkorps van de genie en de spoorwegen', in 1866 maakt Von Moltke het eerste 'bureau voor de verbindingslijnen'. Later zal deze 'leger logistiek' aan de basis staan van industriële concentratie en specialisatie. (de treinen kunnen de overvloed aan tarwe uit 'The great plains' afvoeren naar havensteden en kunnen ons - Europeanen - ermee 'overvoeren'. ib) Buskruit, kanon en dan de 'uitvinding' van de stoommachine begint bij Olivier Evans in 1773 die op een dorpsfeest ziet hoe water - in de loop van een geweer gegoten, afgesloten met een stop en verhit - zich dan een weg baant door de stop eraf te knallen. 'De stoommachine is dus een bewegingswapen dat de beweging van de oorlogsmachine verlengt.' In 1814 bevat de stoomketel in de machine van de Stephensons 'een enkele vuurbuis'. In 1828 vindt Seguin de buisvormige stoomketel uit, in 1867 vergroot Belpaire het vermogen door 200 buizen in de romp van de cilinder te plaatsen....
De stoommachine is uitgevonden, de industrialisatie kan op grote schaal beginnen (mijn 'vraagstuk', ib).
De stad is niet langer meer de grondlaag van de menselijke ervaring, maar een plek die je moet zien te bereiken tijdens eindeloos heen en weer rijzen.
Ze stelt ons, naast de ecologische vraag naar de grenzen aan de groei, de niet minder belangrijke dromologische vraag naar wat er ons resteert aan nabijheid.
Deel twee
Esthetiek van de verdwijning.
Uniform. Uniformering. Zichtbare kleur om het ene van het andere leger te onderscheiden. Dan onzichtbaar, maar nog wel zodanig onzichtbaar dat je verschil kunt zien. Dan nog slechts een nummer, een naamplaatje dat men van een lijk afhaalt. En tenslotte de moderne oorlog, die de kunst van de strijdende motor is geworden. Versmelten, verwarren, vervagen, abstractie.
Van plaats van uitverkiezing naar plaats van uitstoot.
Stedelijk weefsel van 1973 t.o.v. dat van zestig jaar eerder: verdwijning van bomen, schaalverandering van de gebouwen en .... afwezigheid van de bewoners van deze toch zo dichtbevolkte wijken. Deze plotselinge leegte was louter een effect van de sinds het begin van deze eeuw verworven snelheid. De bevolking was er wel, maar ze was er ook niet, ze was permanent onderweg. Luchthavens: eindstations en toegangspoorten van de antistad, air terminal, geestesverschijningen op doortocht. Reizen is niet langer afreizen, want het elders is al hier. Reizen is 'een reis in de snelheid'.
Deel drie
De dromoscopie
Achter het stuur doet het er niet zo toe wat zich in de onmiddellijke nabijheid bevindt, alleen wat in de verte ligt telt, tijdens het rijden bepaalt wat vóór ons ligt hoe we voorwaarts gaan, de voortstuwingssnelheid produceert zijn eigen horizon: hoe hoger de snelheid, des te verder de horizon. De pioniers reden nog 'op hun gevoel', tegenwoordig rijden we 'op onze instrumenten' en binnenkort op de automatische piloot en vervolgens volledig geautomatiseerd.
De stuurcabine van de verschillende vervoermiddelen geeft in feite een politiek beeld van de toekomst.
Vroeger had je nog drie stadia: vertrek, reis en aankomst. Nu zijn er alleen nog vertrek en aankomst. De tussenruimte is langzaam maar zeker verdwenen in het voorschrijden van de versnelling. 'Morgen' zal alleen de aankomst nog bestaan, het vertrek zelf is dan verdwenen in de ogenblikkelijkheid van het project. (vergelijk dit met de audiovisuele communicatie; je vertrekt niet meer om de ander te ontmoeten, maar de beelden komen bij jou aan.)
(dit boek dateert uit 1984, dus laat staan hoe het nu is, ib).
Met het snelheidsexces wordt het zien langzaam maar zeker de weg, de toegangsweg, zozeer zelfs dat het dagelijks leven een 'optische wake' lijkt te worden waarin het zien het zijn vervangt.
Licht van de snelheid
(ik citeer wat ik onderstreept heb, de taal zelf is onnavolgbaar, sorry dat ik Virilio beschrijf vanuit mijn optiek, lees vooral zelf het boek zonder onderstrepingen)
Hoe hebben we onszelf zo voor de gek kunnen houden..... en dat wij het langstrekken, het aan ons voorbij laten gaan, gelijk hebben gesteld aan de waarheid?
Door alleen maar op de schijn en op niets dan de schijn te letten, door het bewegende weg te laten of alleen te bekijken door de snelheid ervan af te trekken, doet men mee met het 'fixisme'...
Vandaag de dag bewonen we niet zozeer onze woonplaats, als wel onze snelheidsgewoonte; zij is deel van de werkelijkheid geworden en de schijnbare waarheid ervan vervreemdt ons zozeer, dat wij het optische effect van de snelheid niet langer waarnemen en de door de versnelling veroorzaakte verstoringen van de perceptie als iets normaals zijn gaan beschouwen.
Dit is de ultieme vorm van het antropocentrisme (wederom, al in 1984, ib), een nieuwe en originele vorm daarvan, die verschenen is met de opkomst van die tweede zon, de motor.
Steeds sneller, steeds hoger, maar ook steeds dieper.... koloniseren van de diepte....
De kunst van de dromos was een sublimatie van de jacht, maar ze werd geleidelijk het memoriaal van het in beweging zetten van de ruimte en de geschiedenis van het aan het werk zetten van de tijd met behulp van verplaatsingsmiddelen(van berichten, personen en goederen), waarmee men ditmaal op het territoir zelf zou gaan jagen. De topprestaties van de dromos daagde de dimensies van de fysische lichamen uit, waardoor de industriële exploitatie van de snelheid het dierlijke lichaam zou vernietigen op hetzelfde moment dat ze op het territoriale lichaam jaagde, tot ze uiteindelijk de omvang van het geofysische veld tot nul reduceerde.
Een late zonnecultus: de zonnestraling wordt de standaardmaat voor het meten van iedere werkelijkheid, het licht van de snelheid verlicht de planeet op hetzelfde moment dat het er een representatie van geeft, maar in deze representatie is de gang van de zon van ochtendgloren tot avondrood vervangen door het fusiegeweld en de stralingskracht van het zonlicht.
Zoals Léo Szilard ontgoocheld verklaarde naar aanleiding van de nucleaire risico's: 'Misschien is de aarde niet de belangrijkste planeet in het zonnestelsel'.
Deel vier
Het horizon-negatief
Een zo groot mogelijke versnelling in contact met de aarde; dit vraagt ongewone landschappen zoals woestijnplateau's, zoutmeren, ijsvlakten, oneindige stranden.
De recordsnelheid vereist een puur oppervlak.
Nadat de versnelling eerst de lijnen en vlakken van de reisroutes had rechtgetrokken, dwingt ze nu het interface te vervolmaken.
Waarnemen vanuit een versneld voertuig: De versnelling is een oppervlakte-effect in een staat van voortdurende 'telescopische' en 'dromoscopische'metamorfose, ze is dus in feite louter een vorm van hallucineren. Perversie van de blik, hebzucht van de ogen, wie achter het stuur gaat zitten zet een nieuw 'montuur' op..
'Ik zie alleen het worden,' verklaarde Nietzsche.... Virilio voegt hieraan toe dat omdat de ruimte datgene is wat voorkomt dat alles zich op dezelfde plaats bevindt, het veroveren van de snelheid gelijk staat aan 'de doodlopende straat van de afschrikking'..., de 'plek' waar de objecten en hun gestalten naar believen uitwisselbaar zijn, homogeen en dromogeen gemaakt door de kunstgreep van de ogenblikkelijke alomtegenwoordigheid.
Stan Barrett ging in 1979 met supersonische snelheid al (wel of niet, = omstreden ib) door de geluidsbarrière op de renbaan van Muroc in de Mojave woestijn; Andy Green heeft in zijn racewagen getiteld Bloodhound's land zeker de geluidsbarrière doorbroken, (ai, het heeft me nooit bezig gehouden dus ik google even wat en zie inderdaad wat Virilio schreef: wat we eerst in de ruimte zochten, zoeken we nu op onze eigen Moeder aarde; de racewagens lijken inderdaad op een soortement raketten, maar dan voor op de weg; het is intrigerend om al die voertuigen te zien, zoals de Mormons Meteor in Bonneville Salt Flats, Utah, in de jaren dertig.)
In feite heeft het zoeken naar de grootst mogelijke snelheid zich keer op keer ontpopt als een zoektocht naar de grootst mogelijke fusie/confusie van elementen en genres.
In 1899 was het allemaal begonnen, in Archères (voorstad Parijs): Camille Jenatzy won met zijn electrische wagen 'Jamais Contente' het eerste snelheidsduel.
Er worden rechte stukken weg gezocht om te racen. Er wordt vastgesteld - 1910 - dat er heen- en terug gereden zal worden in tegengestelde richting over dezelfde afstand in mijlen of kilometers (later zal de autosnelweg ook een weg met twee richtingen worden). Er is geen 'objectieve' horizon meer. Het gaat om snelheid, om 'heen- en terug in een enkel ogenblik'.
De racewagens worden lager en smaller en langer en ze gaan dus over enorme massieve leegten. Virilio: De race wordt een schietgat in de vestingwal van de snelheidslimiet, in de muur van het licht.
De binnenbesturing
Auto mobiel. Audio visueel. De snelheid verkort de afstanden en de passagier neemt de dingen anders waar, al naar gelang de snelheid. Tussen vertrek en aankomst trekken land en landschappen als een drijfriem voorbij.
I
Vroeger was het transport van informatie belangrijk (hardloper, paard, duif). De waarde van de boodschap stond gelijk aan de snelheid waarmee ze werd overgebracht. Na de ontwikkeling van de telegrafie is er ineens de revolutie van de verkeersmiddelen: van postkoets naar trein. Informatieverspreiding is nog 'afhankelijk' van de verkeersmiddelen. Dan zien we in het westen de 'informatierevolutie'. De macht van de informatie groeit in hetzelfde tempo als de informering van de macht. Er ontstaan persagentschappen, inlichtingendiensten, autoradio enz (dit boek is uit 1984). We zien dus achtereenvolgens een 'deanimalisering' en een 'dematerialisering' optreden: lastdier wordt machine, technische overbrenging wordt doorgeseinde boodschap en daarna ontstaat er de onmiddellijkheid van radio- of radarsignaal.
II
Versnelling in data of versnelling in personenvervoer; de snelheid zelf is de boodschap.
III
Ons eigen lichaam geeft ons directe informatie door de zintuigen van gezicht, gehoor, reuk, tastzin maar ook van het spierzintuig (mogelijkheid tot mobiliteit), evenals mobiliteit in de ruimte van het 'eigen lijf'. Ons lichaam is ons het allereerste voortbewegingsmiddel.
In het geval van de 'metabolische' (of dierlijke) voortbeweging is het subject door zijn vitaliteit in staat waardevolle informatie te vergaren (in leven zijn wil zeggen 'levendig' zijn, anders gezegd: snelheidswezen zijn).
'Technische' voortbeweging brengt met zich mee dat informatie het eindproduct (de terminal) is van een bijzonder soort belichting van de werkelijkheid (snelheid van het licht en licht van de snelheid); toename van de verplaatsingssnelheid valt samen met een verduistering van de zin. De informatieve inhoud verdwijnt en de waarde ervan verdwijnt.
IV
De duif en het manuscript waren twee totaal verschillende zaken, de piloot in een vliegtuig waren voorheen ook twee verschillende zaken, maar dit verschil is geheel aan het verdwijnen.
V
De 'boodschap' bestaat niet langer uit de zelfstandige beweging van een voertuig, maar uit de beweging van de beweging - de vector. Het maakt weinig meer uit wat er wordt verplaatst (object) of overgedragen (data, beelden), het enige wat telt is het vectoriele vermogen van de transfer.
Het verdwijnen van de grote tijdsafstanden maakt niet alleen een einde aan de zin, aan de geografische dimensie van de wereld, maar ook aan de technische dimensie van het toestel, ja zelfs aan het uiterlijk ervan.
De fusie/confusie van het bewegende en niet-bewegende leidt aldus tot een compleet nieuwe economie van het traject van het object.
VI
We zagen al dat de snelheid van de verplaatsing over de grond de oorzaak is van de verarming van de plekken waar die verplaatsing plaatsvindt (pistes, wegen, snelwegen, circuits), doordat ze het traject effen maakt en uniform.....
De onmiddellijkheid van de informatie-overdracht loopt uit op een extreme miniaturisering van de onderdelen en uiteindelijk op het plotselinge verdwijnen van het technische object zelf.
Deel vijf
Politiek van de verdwijning
(erg actueel, al is dit boek in 1984 geschreven, ib)
Wij burgers worden getransformeerd tot 'binnenlandse vreemdelingen', tot een nieuw soort onaanraakbaren in een transpolitieke en a-nationale staat, waarin de levenden niet meer zullen zijn dan 'levende doden' met een levenslange voorwaardelijke veroordeling.
De 'dwazen van Mayo' voeren elke keer een ceremonie uit om degenen die verdwenen zijn (niet meer bestaan in de burgerlijke stand, opgepakt zijn, verdwenen zijn), tot leven te roepen.
De realiteit van 'de vijand' verdwijnt en maakt plaats voor een onbepaaldheid van telkens nieuwe 'dreigingen'.
De ultieme burger is de passieve en niet de actieve.
Het geleidelijke afglijden van reëele vijand naar irreële bedreiging, naar potentiële verdachte, impliceert in feite de voortdurende verschuiving van het einddoel, het eindeloze verlengen van de eliminatie.
(militair messianisme in Latijns-Amerika), volgens Virilio samenhangend met a. dat dit vroeger het geliefde toevluchtsoord was voor misdadigers van de Tweede Wereldoorlog en b. omdat in het hart van dit continent nog de laatste 'subpopulaties' ter wereld leeft: de indianen van het Amazone-gebied, die geen politieke status bezitten. (Argentinië nam op 22 augustus 1979 een wet aan, waarin staat dat ieder individu als dood bestempeld mag worden, die zich niet binnen 90 dagen na oproepen in de pers heeft gemeld bij een rechter.)
Zonder bestemming, zonder doel is de 'processie van de dwaze moeders' een poging de weg terug te vinden en een terein terug te winnen: de verloren plaats voor de zetel van de Argentijnse regering.
De strategie van gene zijde
Het failliet van een politiek denken dat ontspoord is door de zedeloosheid van het liberalisme, de breedsprakigheid van een illiusoir materialisme dat voortdurend wordt gelogenstraft door de feiten, het alsmaar machtiger worden van een destructiewijze die de productiewijze steeds meer overheerst, de wereldomspannende logistieke strategie die de afschrikking op alle niveaus probeert door te voeren, dit alles had ons normaliter moeten waarschuwen voor de opkomst van een 'transpolitieke' eschatologie.
(en nog veel meer lezenswaardigs in dit hoofdstuk, maar hier komt de laatste alinea van dit boek):
Het is moeilijk je een maatschappij voor te stellen die het lichaam zal ontkennen, zoals eerder de ziel is ontkend, en toch is dat de maatschappij waarnaar wij nu op weg zijn.
Het boek is uitgegeven door uitgeverij Duizend & Een. Volgens mij had ik hun laatste exemplaar, maar probeer maar.
Het is zeker nog in het Engels te koop: Negative Horizon, zie hier of bestel bij je boekhandel.
Of in het origineel, zie L'Horizon négatif.